Ik ben begonnen in het boek ‘Vertroostingen’ van Dirk de Wachter en lees daarin: Als iets troost is, dan is het dat kleine goede van Levinas dat dicht bij vriendelijkheid zit. Het is de mens die er voor u is. De mens die iets voor u doet. Iets kleins. Iets onschuldigs. Iets dat vermoedelijk geen moeite kost en dat zomaar, met een knippering van het oog, aan de aandacht zou kunnen ontsnappen.
Er schieten mij ogenblikkelijk twee gebeurtenissen uit mijn leven te binnen. Twee hele kleine, op het eerste gezicht volslagen onbelangrijke gebeurtenissen, die bij nader inzien helemaal niet onbelangrijk zijn. Ik wilde er altijd al eens een blog over schrijven, maar het kwam er niet van. Er waren altijd alle mogelijke andere onderwerpen die mijn aandacht vroegen omdat ze veel belangrijker leken dan deze twee kleine voorvallen. Maar nu, dankzij het boek van De Wachter voel ik als het ware toestemming om het erover te hebben.
1977.
Ik ben hoogzwanger van ons tweede kind en overhaast in het ziekenhuis opgenomen, omdat ik zwangerschapsvergiftiging heb. Het is zaterdag en als mijn bevalling maandag nog niet is begonnen, zal ik ingeleid worden. Jan is naar huis gegaan om oppas te regelen voor de ‘levende have’ daar: ons dochtertje, de schapen, de kippen en de poezen. En om mijn moeder, die inderhaast is opgetrommeld, op te vangen.
Ik voel me ontredderd. We hebben ons zo verheugd op de thuisbevalling die we met heel veel zorg hebben voorbereid en nu lig ik op een zaal in het ziekenhuis. En ik wil persé niet ingeleid worden.
’s Nachts kan ik niet slapen. De nachtverpleegster ziet het en komt vragen of ik ‘iets kalmerends’ wil hebben, maar dat wil ik niet. Integendeel: ik zou willen huilen. Ik ben ervan overtuigd dat een flinke huilbui de bevalling in gang zou brengen, maar helaas, het lukt me niet om de tranen te laten stromen. En zeker niet hier. De verpleegster kan dus niets voor me doen en gaat weer weg. Daarna is er weer de stilte van de slapende mensen om me heen. Ik blijf wakker liggen.
Later in de nacht komt de verpleegster weer langs. Ze loopt door het middenpad tussen de bedden. Ik houd me slapend, reageer niet op haar aanwezigheid. Ze kijkt naar me en legt dan even haar hand op de dekens. Ongeveer waar mijn voeten liggen. Heel zorgzaam.
Dat gebaar, die hand op het voeteneind van mijn bed raakt me. Raakt me tot in mijn hart. Ik voel me zo gezien door haar, zo gesteund in mijn verdriet en verwarring. Wat bijzonder dat ze dit doet. Ze hoeft me helemaal niet aan te raken. Waarom zou ze? Ze denkt waarschijnlijk dat ik slaap en dat ik haar aanraking helemaal niet opmerk. Toch doet ze het. Heel aandachtig, zorgzaam. Tot op de dag van vandaag ben ik geroerd door deze aanraking. *)
Ongeveer 1982.
We wonen in Gameren, in een oude boerderij. Jan heeft hier zijn therapie- praktijk. De gesprekken vinden plaats in de huiskamer. De hal fungeert als wachtruimte.
Als ik op een dag de buitendeur open omdat er gebeld wordt, staat er een tengere vrouw. Ze heeft een afspraak met Jan, maar is wat vroeg. Ze maakt een heel zenuwachtige indruk. Ik vraag haar binnen te komen, wijs haar de kapstok, schud op de bank wat kussentjes op en wijs haar het stapeltje tijdschriften dat er ligt. Ik zeg haar dat het misschien wel even kan duren voordat ze aan de beurt is, omdat Jan vaak uitloopt en vraag of ze een kopje koffie of thee wil. Koffie graag. Als ik haar even later de koffie overhandig babbelen we nog wat over de dingen die er allemaal in de hal te zien zijn; de Boeddha bij de bank, de droogbloemen aan het plafond, de potscherven op het kastje, de pompoenen op de grond, enzovoort. Ik zie dat ze door het gesprekje heel wat rustiger wordt. Daar ben ik blij om.
Niets bijzonders aan de hand dus. Maar als ik weer terug ben in de keuken constateer ik dat ik me op een heel bijzondere manier ‘prettig’ voel. Ik voel een grote vriendelijkheid in me. Méer dan gewoonlijk. Veel meer. Het is alsof de vriendelijkheid die ik voor de vrouw voelde, in me is blijven hangen waardoor die nu ook voor mezelf beschikbaar is. En dat voelt buitengewoon prettig.
Niet, dat ik het gevoel heb dat ik de vrouw moest helpen of heb geholpen, helemaal niet. Nee, gewoon, ik voelde me heel eenvoudig ‘vriendelijk’, heb in het contact met de vrouw vanuit dat gevoel gehandeld en nu blijft die vriendelijkheid als het ware in me ‘nagloeien’. Indirect ontvang ik mijn eigen vriendelijkheid. Hoe aangenaam!
Beide gebeurtenissen zijn voorbeelden van het kleine goede waarover De Wachter schrijft. Alleen in dit laatste voorval heb ik het over de gevende kant van het ‘kleine goede’, terwijl De Wachter het vooral heeft over de ontvangende kant. Hij beschrijft hoe troostend het voor hem is om het kleine goede te ontvangen. Hoe troostend het is als iemand je werkelijk ziet. Zoals de verpleegster mij zag. Ik heb het hier over de gever; degene die de vriendelijkheid uitstraalt of in daden omzet. Ook die ervaart de vriendelijkheid; binnenin zichzelf. Ik verbaasde me erover toen ik deze onzelfzuchtige warmte en aandacht in mezelf voelde. Het voelde heel rijk en heel bijzonder, maar tegelijk ook heel gewoon, bijna bescheiden; een soort mengsel van toewijding, aandacht en liefde: vriendelijkheid.
Wie weet, herinnert de vrouw zich dit voorval nog, maar ik weet dat niet, want ik heb haar nooit meer gezien of gesproken. Ikzelf heb de verpleegster indertijd niet verteld hoe goed haar gebaar mij deed, dus zij weet niet wat zij teweeg bracht bij mij. Maar toch, dankzij deze twee herinneringen realiseer ik me hoe belangrijk heel gewone, vriendelijke gebaren en woorden zijn. Hoeveel verschil ze kunnen maken. Hoe ze een moeilijke of verdrietige situatie kunnen verwarmen of verlichten. Dat ze een onuitwisbare indruk kunnen maken en soms jarenlang worden onthouden.
En dat je dat vaak niet weet.
*) Het is trouwens helemaal goed gekomen met die bevalling. Zondagnacht begon die en maandagochtend negen uur kwam onze tweede dochter kerngezond ter wereld.
Mooi Riekje! Wat fijn dat je het nu hebt kunnen opschrijven. Het gaat idd om gezien worden. Niet als patient X op zaal 3, maar als Riekje die ontredderd is en niet als een van de dagelijkse bezoekers in Gameren, maar als die ene vrouw op dat moment in die toestand. Wat fijn dat die zuster er was en dat jij er was en beiden op het goede moment. Misschien is die vrouw het voorval ook wel nooit vergeten.. Ik kreeg ooit een mail van jou toen ik een paar maanden in Frankrijk werkte, met precies de goede woorden op precies het goede moment. Die heeft uitgeprint een tijdlang boven mijn bed gehangen. Klein maar heel fijn. Liefs, Nelleke
Ja, ik vond het eigenlijk te onbelangrijk, maar ben toch blij dat ik deze twee gebeurtenissen heb opgeschreven. En wat bijzonder dat jij die mail van mij uitgeprint boven je bed hebt gehangen. Daar ga ik een beetje van blozen. Maar wat fijn dat het je indertijd zo steunde!
goeiemorgen Riekje, en dank voor deze bijzonder mooie tekst over het kleine goede…
Het wordt inderdaad zó onderschat, wat een vriendelijk woord of gebaar op het juiste moment kan betekenen. Ik heb het zelf ook mogen ervaren, zowel ‘aktief’ als ook ‘passief’.
Onvergetelijk voor mij, het vriendelijk-troostend woord in moeilijke tijd, en tegelijk toch ook verbazingwekkend, na járen te horen wat ik zelf eens vriendelijk-rustig tegen iemand (die ik eigenlijk niet eens zo goed kende) gezegd heb, wat voor een positieve inpakt dat heeft gehad.
En ja, bedankt ook voor de prachtig mooie sfeerrijke fotos –
Lieve groet, S t e l l a
Ja, die verbazing ken ik ook, dat je ooit eens iets gezegd blijf te hebben wat mensen zich nog jarenlang herinneren. Dat stemt dankbaar. En zo heb je waarschijnlijk nog heel veel dingen tegen heel veel mensen gezegd die voor hen heel belangrijk zijn geweest.
En wat die foto’s betreft: de hal was inderdaad heel sfeerrijk.
Wat prachtig verwoord weer Riekje. Als er toch eens één keer een heel NOS journaal aan deze kleine, vriendelijke, ontvangende en troostende gebaren zou worden besteed…….
Ik heb beide kanten onlangs ervaren op Bali.
Van een dierbare vriendin mocht ik een bedrag geven aan, zo gaf zij aan: “bij voorkeur oude, kwetsbare vrouwtjes”.
Zo ging ik dagelijks op zoek en vond ik uiteindelijk een héél fragiel, tenger en bijna breekbaar vrouwtje, die met een kratje fruit op een karretje op weg was naar haar kraampje, waar ze dat fruit probeerde te verkopen om zo weer haar dagelijkse maaltje te kunnen betalen. Ik mocht met haar meelopen naar haar kraampje en zag dat dit tevens haar huis was; haar bed stond achter een kast. Toen ik haar het geld gaf, omhelsde ze me en hield ze me vast alsof ze me nóóit meer wilde laten gaan. Wij beiden in tranen en ik heb me dagen lang zó gelukkig gevoeld, dat ik nog steeds niet weet, wie van ons nou blijer was; ik als degene die mocht geven of zij die mocht ontvangen.
Overigens was mijn verblijf op Bali mede te danken aan het feit, dat ik 3 Jr geleden mijn hand aanbood aan een vrouw naast mij in het vliegtuig die last had van extreme vliegangst.
Bij het landen vroeg ze om mijn adresgegevens.
Hieruit is tot mijn grote verbazing en dankbare blijdschap een dierbare vriendschap ontstaan met een uitnodiging en verblijf dit jaar, als gevolg.
Wat een cadeaus en rijkdom kan het leven in petto hebben tijdens en zelfs ná deze gebaren.
Daarom… al is het maar voor één keer….. Het NOS journaal van 20.00 uur…… ♥️
Tjee, wat een prachtige verhalen vertel je. Wat mooi, dat je je zo gelukkig voelde nadat je dat tengere vrouwtje zo gelukkig had gemaakt. En helemaal bijzonder dat je zo’n mooie vriendschap hebt overgehouden aan dat ene simpele gevaar in het vliegtuig. Dankbare blijdschap is daar inderdaad een heel toepasselijk woord.
Ja, er zou meer aandacht gegeven moeten worden aan dergelijke mooie dingen in het leven. Dat ben ik helemaal met je eens.
Lieve Riekje,
Je hebt me behoorlijk te pakken!
Gracias!
Mooie dag!
Liefs
Helga Helena
Het is nu maandag. Ik hoop van harte dat je een mooie dag hebt gehad gisteren. En dat er hierna nog vele mooie dagen zullen volgen….!
Belangenloze vriendelijkheid,
Een brug naar vertrouwen en vrede,
Een bron van berusting en rust,
Die ons leven vervult met geluk en vreugde.
Het is ademloos mooi om te zien,
Hoe deze vriendelijkheid ons verbindt,
Hoe het ons hart opent en ons verheft,
En ons een gevoel van liefde en verbondenheid geeft.
Het is een levensvervullende kracht,
Die ons verrijkt en ons versterkt,
Die ons helpt om te groeien en te bloeien,
En ons leven met betekenis verrijkt.
Dus laten we belangenloze vriendelijkheid beoefenen,
En onze brug naar vertrouwen en berusting versterken,
Want het is de sleutel tot ware vrede en harmonie,
En het maakt ons leven ademloos mooi en levensvervullend.
Peter,
Na de – in zijn essentie- zo simpele, maar zo mooie tekst ook nog het gedicht van jou.
Riekjes verhalen over vriendelijkheid maakt veel los.
Dank ook voor jouw woorden.
Elma
Beste Elma, Dank voor je vriendelijk woorden Elma. Dat doet mij goed. Riekje weet dikwijls een gevoelige snaar te raken. Ik wens je waardevolle en gezellige Paasdagen. Met hartelijke groet, Peter
Lieve Riekje, bovenstaand gedicht ontstond na lezing van jouw inspirerend levensverhaal. Ik heb het met veel gevoel en plezier gelezen. Genet van deze zonnige zondag en doe vooral Jan mijn hartelijke en warme groeten, lieve groeten, Peter
Wat bijzonder Peter, dat mijn verhaal je inspireerde tot een gedicht. Te gek, dat al deze mooie zinnen zomaar in je opkwamen. En dat je ze met ons hebt gedeeld! Veel dank daarvoor.
Ik heb jouw groeten overgebracht aan Jan.
Helemaal waar. En mooi gezegd, het kleine goede. Zo was ik een paar weken na het overlijden van mijn geliefde in de VS voor de trouwerij van mijn broer. Er werd nauwelijks over mijn verlies gepraat. Misschien paste dat niet in de cultuur. Maar mijn kersverse Amerikaanse zwager die ik voor het eerst zag, zei niks maar omhelsde me en hield me net wat langer dan gebruikelijk vast. Wat een troostend gebaar! Ik kan het nu, jaren later, nog voelen.
Ja, wat bijzonder is dat toch, als je voelt dat iemand er even helemaal voor je is en dat op welke manier dan ook laat blijken. Mooi, dat jouw onbekende nieuwe zwager dat zo duidelijk liet voelen.
Lieve Riekje, lieve Allen die haar lazen, zelf even schreven,
Ja, ik ervaar het ook: spontane vriendelijkheid geven en ontvangen besmetten elkaar, brengen een ketting reacties te weeg die gezichten zacht maakt.
Warme groet voor Allen, inclusief natuurlijk Riekje.
Elma
Mooi, om hier te wijzen op de kettingreactie die ontstaat. Want zoals boosheid wraak en woede genereert, lokt vriendelijkheid dankbaarheid en vreugde op.
Ik kom net thuis van mijn 6e compassie bijeenkomst die ik op mijn werk kan volgen en speciaal voor de medewerkers gegeven wordt. Vandaag was het thema ‘de vier levensvrienden’
Mededogen, Medevreugde, Vriendelijkheid en Gelijkmoedigheid als een soort schaal waar de andere drie in rusten. De beschrijvingen die je hier geeft zijn treffend en passen precies. Vanuit mededogen een vriendelijk en ook belangeloos gebaar maken. En de vreugde die tegelijkertijd aanwezig is aan beide kanten als je voelt of ergens in jezelf ervaart dat je kleine gebaar of dat wat je doet ontvangen wordt, ook al reageert die ander niet.
Bijzonder dat ik dit nu pas lees, na de compassietraining. Normaal lees ik jouw blogs altijd meteen op zondagochtend.
Lieve groet Edieth
Het doet me goed te horen dat de compassie-training zo perfect aansluit bij mijn blog. Ik ben altijd blij als inzichten bij elkaar blijken te passen. En wat een mooi beeld: mededogen, medevreugde en vriendelijkheid samen op een schaal van gelijkmoedigheid. Prachtig, om die vier ‘levensvrienden’ te noemen! Het was vast een hele fijne bijeenkomst.
Lieve Riekje,
Ik lees ook in Dirk de Wachter en jouw verhaal sluit er helemaal op aan en sterker nog maakt het rond. Toch zie ik ook veel vriendelijkheid in zijn ogen, draagt het bij zich.
Dank je wel, Caty
Ik moest even nadenken over je bedoeling van het woord ‘toch’, toen je het over de vriendelijke ogen van De wachter had. Maar nu begrijp ik dat ik misschien suggereerde dat het hem alleen maar om het ontvangen van het kleine goede ging, terwijl ik het ook over het geven had. Alsof hij nooit iets gegeven zou hebben. Nou, dat misverstand wil ik graag uit de weg ruimen, want ik vind hem een ongelooflijk aardig en heel erg empatisch mens. En wijs! Ik ben een ongelooflijke fan van hem. Ik ben ervan overtuigd dat hij zijn leven lang heel veel heeft gegeven, zowel privé als in zijn praktijk als psychiater. Dat hij het nu over ontvangen heeft, komt doordat hij nu zo ziek is en steun en troost nodig heeft. Dat hij die steun en troost vraagt en kan ontvangen vind ik ook heel bijzonder.
Kortom: niets ten nadele van De Wachter.