Na die aanrijding ergens in 1970 (we woonden nog in Groningen), toen ik ons Lelijke Eendje total loss reed doordat ik op een regenachtige dag slipte op een straat met kinderhoofdjes (ik kwam net van de markt; de pas gekochte appeltjes vlogen me om de oren door de klap), waar ik eigenlijk niet zoveel aan kon doen (de man die me gezelschap hield toen ik op de politie wachtte, liet me weten dat ik al de derde was die die dag op die plaats was geslipt) en na mijn ‘taxi-periode’ van ongeveer 1980 tot 1987 (de periode waarin ik de kinderen voortdurend heen en weer transporteerde van en naar school, zwemles, pianoles, fluitles, gymnastiek, paardrijden, verjaardagsfeestjes, speel-middagjes en wat dies meer zij), waarin ik diverse keren tegen paaltjes of andere obstakels ben gereden (ik reed een keer op een overigens totaal verlaten parkeerterrein tegen de enige daar aanwezige lantaarnpaal, die zich in mijn dode hoek had opgesteld), waardoor ik overigens nooit meer dan enige onbetekenende blikschade veroorzaakte, maar ik wel na ieder incident constateerde dat het de hoogste tijd was om wat meer rust in mijn leven in te bouwen omdat ik natuurlijk niet voor niets zo slordig reed, wat kennelijk nooit lukte want ik heb zeker wel vijf a zes keer zo’n aanvaring gehad met een paaltje of een hekje, zelfs een keer met een vlaggenmast (!), schaften we een stevige auto aan om mijzelf tegen mijn eigen rijstijl te beschermen (een Lada!), maar ik heb daarna nooit nog maar enige aanrijding gehad of schade veroorzaakt. Ook niet na ongeveer 1990, toen ik jarenlang heel veel kilometers maakte, doordat ik overal in het land lezingen gaf en vaak middenin de nacht (ik beken: soms knikkebollend van de slaap) soms nog over de honderd kilometers terugreed naar huis.
Meer dan dertig jaar schadevrij dus.
Daar zou ik mezelf mee kunnen feliciteren zou je zeggen. Maar nee: ik betrap me er al een hele poos op dat er, iedere keer als ik nét op tijd iets of iemand zie en daar níet tegenaan rijd doordat ik nét op tijd aan mijn stuur draai of op de rem trap, iedere keer dus als ik géen ongeluk maak en géen schade veroorzaak, dat er dan ogenblikkelijk een innerlijke stem is die me toesnauwt: “Kijk nou! Je zag dit maar net op het laatste moment! Je reed er bíjna tegenaan!” Of: “Je remde bijna te laat. Je had bíjna een ongeluk veroorzaakt. Sufferd!”
Wat een onaardige stem. En wat onterecht om me ervan te beschuldigen dat ik géén ongelukken maak. Zo kun je de hele dag wel op je kop slaan wanneer je iets níet fout doet. Hebben we dat weer: beschadig ik de auto niet meer, maar wel mezelf. Geen blik- maar egoschade!
En dat doe ik niet alleen in de auto. Als ik mijn gedachten-stroom door de dag heen volg, betrap ik me erop, dat ik mezelf heel regelmatig bestraffend en beschuldigend toespreek. Afgezien van de vraag of die opmerkingen terecht zijn of niet, voelen ze heel akelig.
Dus dat moet nu maar eens uit zijn.
In de auto lukt het me al aardig: iedere keer wanneer de stem als in een reflex opduikt en iets roept in de trant van: “Wat stom, je zag of je deed dit bijna te laat!” corrigeer ik die door er tegenover te stellen: “Helemaal niet! Ik zag en ik deed dit allemaal precies op tijd. Kijk maar: er is helemaal niets fout gegaan!” Sterker: ik feliciteer mezelf ermee dat ik het een en ander zo goed heb opgemerkt en er zo adequaat op heb gereageerd. Ik moet zeggen: dat voelt aanmerkelijk beter. Het is bovendien ook waar.
Nu de rest van de dag nog …..
Feest van herkenning! Wanneer ik in de auto zit en ik net op tijd een fietser zie bijvoorbeeld is er ook regelmatig een automatisch negatief stemmetje die zegt van wat nou als je niet op tijd gestopt was! Het is eigenlijk helemaal geen feest om te herkennen maar wel mooi om in gedachten te houden hoe ik er anders mee om kan gaan 🙂
Dankjewel voor je blog
Fijne dag.
Nee, inderdaad helemaal geen feest van herkenning, meer een troost te weten dat we allebei zo’n stemmetje hebben. Het gaat vast lukken om die het zwijgen op te leggen.
Lieve Riekje, de meeste van je blogs komen oeps, zo binnen. Anderen, zoals deze aarzelen wat. Heeft alles te maken met de herkenning van je thema en in welke mate het in mijn leven een rol speelt. Uiteindelijk raakt mij het meest de korte vermelding van je ‘taxiperiode’. Die roept veel herinnering op. Hoe leuk ook -veel allerlei soorten kinderen en veel activiteiten, echt leuk-, soms stond ik in de stallen met de mestvork hard op de grond te prikken omdat al het leuke overstroomde. En dan een man, een fantastische vader waarmee ik een goed team was, als hij niet op reis was voor zijn werk.
Nu proeven die herinneringen zoet, maar het was zwaar, dat voel ik weer sterk door die paar zinnen in je blog, die over een heel ander onderwerp ging.
Dan: heerlijk dat je dat toch elke week doet: zo schrijven. Dat stimuleert mij ook: gewoon doen, structureel ruimte geven.
Dank voor je schrijven, steeds weer.
Deze keer was het misschien wat persoonlijker en lichtvoetiger dan andere keren. Ook wel eens leuk.
Wat het schrijven op-zich betreft: ik had reuze veel plezier in het in elkaar knutselen van die ene lange zin waarmee ik het blog begon. Alleen daarom al wilde ik hem plaatsen.
Wat zijn je stukjes taalkundig altijd goed verzorgd, Riekje. Een genoegen om te lezen. Over de inhoud van deze blog kan ik alleen opmerken dat het bij mij net andersom is. In mijn jonge jaren had ik het volste vertrouwen in mijn opmerkzaamheid en reactiesnelheid. Hoewel toeval ook een rol speelt, heb ik maar 1 aanrijding veroorzaakt sinds 1964. (Afkloppen) Dat lijkt mijn vertrouwen te rechtvaardigen. Maar sinds ik gekeurd moet worden om weer voor 5 jaar rijbevoegd te zijn, begint de twijfel op te komen. Als het net goed is gegaan denk ik meteen: is dit de voorbode van mijn afnemende rijvaardigheid? Terwijl het vroeger ook wel eens ‘ maar net goed’ ging. Maar dat was ik een uur later alweer vergeten. Maar nu begint de twijfel te knagen. Ook een stemmetje, dat evenwel moeilijk tot zwijgen is te brengen: misschien is het op een gegeven moment gewoon waar.
Fijn te horen dat je mijn aandacht voor de taal waardeert en opmerkt. Om de een of andere reden moest dat hele ‘schade-verleden’ er in één zin uit. Geen idee waarom, maar ik had er veel plezier in om met die ene hele lange zin te beginnen.
Net als jij, heb ik met de jaren ook steeds minder vertrouwen in mijn eigen rijstijl. Vooral sinds ik veel minder kilometers maak dan vroeger, vind ik dat ik achteruit ga. Soms vraag ik me af of ik mijn rijbewijs wel zou halen als ik nog een keer examen zou moeten doen.
hoi Riekje, ook bij mij herkenning en ook bij mij iedere keer als ik je blogs lees. Maar ja, we zitten ook in dezelfde levensfase, dus we komen dezelfde dingen tegen. Ik heb ook heel veel paaltjes geraakt, bochten te kort genomen en heel veel blikschade veroorzaakt en mijn man niet, terwijl die helemaal niet zo voorzichtig is. Ooit kwam ik thuis na een “taxi-middag” en realiseerde me ineens dat ik een kinderfietsje miste. Volgens mij zat dat eerder die dag nog achter op de auto, op zo’n uitklap-rek…. Lang verhaal kort: de volgende dag bij de afdeling ‘gevonden voorwerpen’: daar stond het fietsje, met een label eraan: ‘van scheurende auto gevallen’…. Er schijnen nog mensen me achterna geroepen te hebben, maar dat heb ik in de haast allemaal niet gehoord, ik ‘scheurde’ door, op weg naar (you named it), muziekles, sportveld, verjaarspartijtje, en dan tussendoor nog even snel naar AH. Zo ging dat in de jaren 80/90… Dáág, fijn die blogs elke week! Liefs, Nelleke
Oh, wat een vreselijk verhaal, van dat fietsje. Ik ben een keer het halve dorp doorgereden met een kilo prei op mijn auto…..!